Samen met tandproblemen is overgewicht (obesitas) één van de belangrijkste en meest voorkomende aandoeningen bij huisdieren. Obesitas is een aandoening met grote gevolgen voor je huisdier. Huisdieren met obesitas leven minder lang en hebben een aanzienlijk verminderde levenskwaliteit. De aanpak van obesitas vereist een aanpassing in gewoontes en vele van deze gewoontes maken deel uit van de band tussen huisdier en eigenaar.
Om je huisdier te laten afvallen is het belangrijk dat er een op maat gemaakt afvalprogramma wordt opgesteld bestaande uit calorierestrictie, een aanpassing van voeding, lichaamsbeweging en een aanpassing van dagelijkse gewoontes. Om dit tot een succes te brengen is het uiterst belangrijk dat je je als eigenaar bewust bent van de noodzaak om je dier te laten afvallen en dat je jezelf kan vinden in de aanpassingen die plaatsvinden. Denk eraan dat je dier niet zelf de keuze kan maken om te vermageren en dus zijn zij volledig afhankelijk van jou verantwoordelijkheidsgevoel en doorzettingsvermogen!
Wanneer heeft mijn dier overgewicht of obesitas?
Men spreekt van overgewicht als het ideale lichaamsgewicht van je dier 5 tot 20% wordt overschreven. Bij 20% of meer spreekt men van obesitas. Om een idee te krijgen of je dier overgewicht heeft en hoeveel overgewicht je dier heeft is het belangrijk je huisdier een body conditie score (BCS) te geven. Dit is een score gegeven op 9 die een inschatting geeft over de voedingstoestand van je dier waarbij een score van 1 zeer mager is en 9 extreem overgewicht. Elk punt boven een score van 5 staat gelijk aan 15% overgewicht.
Een dier heeft een optimaal gewicht (BCS 4 of 5) wanneer je de ribben kan voelen, maar niet zien en wanneer je dier van bovenaf gezien een zandloperfiguur heeft. Soms durft je dierenarts het onderwerp obesitas niet aan te halen, vraag daarom zelf naar de body conditie score van je hond. Zo weet je dierenarts ook meteen dat je hier belang aan hecht en bereid bent aanpassingen te doen indien nodig.
Risicofactoren en oorzaken van overgewicht
Overgewicht ontstaat wanneer je huisdier meer calorieën opneemt dan dat het verbruikt. Sommige factoren kunnen het ontstaan van obesitas in de hand werken:
Leeftijd: dieren hebben het meeste kans op overgewicht tussen de leeftijd van 5 en 12 jaar.
Steriliseren: na sterilisatie/castratie wordt het metabolisme van dieren trager en hebben ze vaak een betere eetlust. Honden en katten hebben na sterilisatie respectievelijk 2 tot 3 keer meer kans op het ontwikkelen van overgewicht.
De aanwezigheid van andere aandoeningen zoals schildklierproblemen, de ziekte van cushing, osteoarthrose.
Ras: bepaalde rassen zoals bv. Labrador en Beagle hebben meer kans om obesitas te ontwikkelen.
Verminderde lichaamsbeweging.
Medicatie die de eetlust doet toenemen zoals medicatie ter behandeling van epilepsie en corticosteroïden.
Gevolgen van obesitas
Dieren met obesitas hebben meer kans op:
Een hoge bloeddruk.
Gewrichtsproblemen: door het zware gewicht worden de gewrichten enorm belast. Bovendien kan je dier steeds moeilijker waardoor ze alleen nog zwaarder worden.
Hartproblemen
Huidproblemen: katten met obesitas kunnen zich moeilijk verzorgen en honden met obesitas hebben meer huidplooien die gemakkelijk ontsteken.
Bepaalde tumoren.
Diabetes: katten met obesitas hebben tot 4 keer meer kans om diabetes te krijgen.
Chronische ontstekingen: vetweefsel produceert signaalstoffen die aanleiding kunnen geven tot ontstekingen.
Complicaties tijdens anesthesie: dieren met obesitas hebben 1,5 keer meer kans op complicaties.
We kunnen dus wel stellen dat overgewicht en obesitas zorgen voor een sterk verminderde levenskwaliteit maar uiteindelijk ook voor een verminderde levensverwachting. Honden met obesitas leven gemiddeld 2,5 jaar minder lang in vergelijking met honden met een normaal lichaamsgewicht. Langs de andere kant betekent dit ook dat jij als baasje een grote invloed hebt op de levensduur (en kwaliteit!) van je dier.
Preventie van obesitas
Om te voorkomen dat je dier overgewicht krijgt is het belangrijk dat je hier al bewust mee omgaat wanneer je dier nog jong is.
Vraag je dierenarts om tips omtrent de soort voeding en de juiste hoeveelheid ervan. Het label op de verpakking is slechts een advies gebaseerd op algemene richtlijnen. Pin je hier dus niet aan vast en kijk wat de individuele noden van je dier zijn.
Zoals hierboven reeds aangehaald heeft je dier minder nodig na sterilisatie/castratie. Daarom is het aan te raden over te stappen op een aangepast voer voor gesteriliseerde dieren (bv. Royal Canin Neutered).
Het is verstandig je dier in het eerste jaar na steriliseren/castreren 2 tot 3 keer te wegen zodat gewichtstoename opgemerkt wordt alvorens het een groot probleem wordt.
Weeg je dier bij ieder bezoek en vraag eventueel om een body conditie score.
Zorg dat je huisdier voldoende beweegt.
Probeer correct om te gaan met ongewenst gedrag zoals bedelen.
Zorg dat het hele gezin om 1 lijn zit omtrent gewoonten rond voeding.
Mijn huisdier laten vermageren… hoe begin ik daaraan?
1. Kies de juiste voeding
Het wordt ten sterkste afgeraden om je dier te laten vermageren door gewoon minder brokken te geven van hetzelfde dieet. Als je minder gaat geven van deze brokken dan zal je dier onvoldoende essentiële voedingsstoffen binnenkrijgen. Therapeutische vermageringsdiëten zijn zo samengesteld dat ze meer vitaminen, mineralen en eiwitten per calorie bevatten zodat het dier ondanks calorierestrictie wel voldoende van deze voedingsstoffen binnenkrijgt. Naast het energiegehalte is het belangrijk te kijken naar de samenstelling van het voer. De voorkeur gaat uit naar een voeding hoog in vezels en eiwitten.
Eiwitten zorgen dat de spiermassa behouden blijft, ze zorgen voor een verzadigd gevoel en bovendien kost het verteren van eiwitten meer energie dan het verbranden van koolhydraten of vet. Als richtlijn kan je aanhouden dat een hond liefst andgt;2,5 gram/kg eiwit ideaal lichaamsgewicht per dag eet en een kat andgt;5 gram/kg eiwit ideaal lichaamsgewicht.
Als je dier een andere aandoening heeft waarvoor het een specifieke voeding nodig heeft ga dan na of er in deze lijn ook een voeding bestaat die caloriearmer is zodat je beide problemen tegelijk kan behandelen. Voor obese honden met osteoarthrose is bijvoorbeeld Hill's Prescription Diet Metabolic + Mobility aan te raden. Deze voeding is verrijkt met L-carnitine om de vetverbranding te stimuleren, omega-3 vetzuren om ontsteking tegen te gaan en bevat glucosamines en chondroitines om de gewrichten te ondersteunen. Voor katten met urinewegproblemen zoals struvietkristallen bestaat is er bijvoorbeeld Hill's Prescription Diet C/D Urinary Stress + Metabolic.
2. Bereken hoeveel calorieën je dier nodig heeft en bereken aan de hand daarvan hoeveel gram voeding je dier mag krijgen.
Het aantal calorieën dat een dier nodig heeft kan je berekenen aan de hand van de volgende formule: 70×("ideale lichaamsgewicht in kg" )^0,75=aantal kcal/dag. Om je dier te laten vermageren wordt aangeraden 80% van deze hoeveelheid te voeren. Om te weten hoeveel gram van de gekozen voeding je je dier mag geven kijk je op het label hoeveel kcal 100 gram voeding bevat en reken je dit om naar het gewenste aantal calorieën. Om het gemakkelijk te maken kan je deze hoeveelheid voeding afwegen en vervolgens een vast bekertje gebruiken waarop je de juiste hoeveelheid aftekent op het bekertje zodat je niet elke dag de voeding opnieuw moet afwegen. Verdeel indien mogelijk de hoeveelheid over 2 of meerdere giften.
3. Beperk snacks en kies voor gezonde snacks.
Voor vele mensen is het geven van snacks enorm belangrijk om de band tussen huisdier en eigenaar te onderhouden. Om deze reden valt het voor vele eigenaren soms heel zwaar om zich te houden aan het vermageringsplan. Het heeft geen zin doelstellingen op te stellen waarvan we weten dat ze voor de eigenaar niet haalbaar zijn en dus is het soms beter af te zien van een nultolerantie met betrekking tot snacks. Wel is het belangrijk dat je als eigenaar snacks in proportie tot het lichaamsgewicht van het dier geeft en dat je je ervan bewust bent hoe vaak je snacks geeft.
Kies in de plaats van ongezonde en calorierijke snacks voor groenten of caloriearme snacks die voor dit doel gemaakt zijn. Limiteer de hoeveelheid snacks tot 10% van de op te nemen dagelijkse calorieën zodat je dier nog steeds voldoende essentiële voedingsstoffen binnenkrijgt. Wil je toch graag meer geven gebruik dan het vermageringsdieet als beloning, zo weet je zeker dat je niet teveel geeft en dat het dieet gebalanceerd blijft.
Als je dier in het begin niet geïnteresseerd is in de nieuwe voeding maak dan even van je hart een steen en geef niet direct toe door snacks te gaan voeren. Ga in plaats daarvan een stukje wandelen, dit versterkt eveneens de band tussen eigenaar en huisdier en er worden tegelijkertijd ook calorieën verbruikt. Wie weet heeft je hond daarna wel trek in de nieuwe voeding.
4. Zorg dat je huisdier voldoende beweging krijgt.
Dit kan door te wandelen maar ook door meer te spelen. Ga wat vaker naar een losloopweide zodat je hond met andere honden kan spelen en bouw de beweging geleidelijk aan op als je dier niet gewend is om veel te bewegen. Voor honden kan je bijvoorbeeld beginnen met 3 keer per dag 5 minuten te gaan wandelen en dit geleidelijk aan opbouwen tot je hond minimaal 45 minuten per dag kan wandelen. Indien je hond moeite heeft met lopen wegens gewrichtsproblemen kan zwemmen ook een oplossing bieden.
Het kan een enorm grote uitdaging zijn je kat meer te laten bewegen. Katten zijn van nature uit jagers en zijn gewend om te moeten werken voor hun eten, probeer dit dus zoveel mogelijk na te bootsen. Je kan bijvoorbeeld brokjes verstoppen in wc rolletjes of in een toren leggen. Laat je creativiteit de vrije loop!
5. Volg op of je de gewenste resultaten behaalt en pas indien nodig het vermageringsplan aan.
Het doel is om je hond 1-2% en je kat 0,5-2% per week te laten vermageren. Weeg je dier om de 2 weken en bereken of je dit doel bereikt. Het nemen van foto’s kan helpen om de vooruitgang in beeld te brengen en extra gemotiveerd te blijven. Als je je strikt aan het plan houdt maar ondanks niet het gewenste resultaat boekt verminder de calorie inname dan met 10%.
Als je dier bijkomende aandoeningen heeft zoals de ziekte van Cushing of een traag werkende schildklier dan kan het zijn dat het gewichtsverlies trager verloopt. Na verloop van tijd zal het metabolisme zich aanpassen aan de calorierestrictie en zal het gewichtsverlies trager verlopen. Indien het einddoel nog niet bereikt is zullen er verdere aanpassingen dienen te gebeuren wat betreft de hoeveelheid voeding en beweging. Indien je weet dat je de komende periode minder zal kunnen gaan lopen met je hond speel hier dan op in door de hoeveelheid voeding wat te minderen, zo voorkom je een terugval.
Mijn dier heeft het gewenste lichaamsgewicht bereikt. Hoe nu verder?
Vaak zullen dieren na het bereiken van het streefdoel nog steeds nood hebben aan enige calorierestrictie. Daarom is het aan te raden om je huisdier ook nadat het streefdoel bereikt is op het vermageringsdieet te houden om een rebound te voorkomen. Sommige dieren bereiken tijdens het vermageren een punt waarbij ze niet langer vermageren. Indien dit zo is en het streefdoel is bereikt dan kan deze hoeveelheid voeding aangehouden worden. Indien het dier toch gewicht blijft verliezen nadat het doel is bereikt ga dan de calorie inname verhogen met 10% en weeg iedere 2 weken tot een stabiel gewicht bereikt is.
Lukt het vermageren niet zoals gepland en heb je als baasje het idee dat je echt alles uit de kast heb gehaald? Denk er dan aan dat je er niet alleen voorstaat! Vraag raad en je dierenarts en geef vooral niet op.
De informatie op deze website is uitsluitend bedoeld voor algemene informatieve doeleinden en mag niet worden opgevat als medisch advies of als vervanging van advies van een dierenarts.
Wij zijn wettelijk beperkt in het geven van gezondheidsclaims of medische indicaties over het gebruik van voedingssupplementen. Voor persoonlijk advies over het gebruik van onze producten, afgestemd op jouw specifieke situatie en behoeften, nodigen wij je uit om contact met ons op te nemen. Onze deskundigen staan klaar om je te helpen met vragen.
Ik ben Lindsey en sinds 2014 ben ik afgestudeerd dierenarts voor gezelschapsdieren. Zeven jaar lang heb ik met veel plezier in de praktijk gewerkt. Tijdens deze jaren heb ik heel wat ervaring kunnen opdoen binnen allerlei takken van de diergeneeskunde, maar 1 ding dat altijd centraal stond was de communicatie en relatie met de klanten. Gebruik makend van de kennis en kunde opgedaan in de afgelopen jaren en gedreven door mijn passie voor dieren én mensen zal ik als adviserend dierenarts binnen PetPol klaarstaan om je te helpen bij vragen omtrent de ondersteuning van de gezondheid van je huisdier en zal ik zorgen voor up-to-date blogs en interessante weetjes!
Uniek Dierenarts Nummer: 669722
Een dieetvoeding van Hill's mag enkel worden gevoerd na overleg met de dierenarts van uw huisdier.
In de periode dat u uw huisdier een Hill's dieetvoeding geeft, is het gewenst om regelmatig (elke 6 maanden) uw dierenarts te raadplegen over het gebruik van deze dieetvoeding.
Wanneer de gezondheid van uw huisdier achteruitgaat, moet u onmiddellijk contact opnemen met een dierenarts.
Door deze dieetvoeding toe te voegen aan uw winkelmandje, bevestigt u dat:
Uw huisdier onderzocht is door een dierenarts en dat de dierenarts op basis van de diagnose u deze specifieke dieetvoeding heeft voorgeschreven.
Dat u bovenstaande richtlijnen heeft gelezen en deze begrijpt.
Wanneer u een vraag heeft over dit product kun u mailen naar: dierenarts@petpol.nl
Het MPS kledingstuk mag om de maat te controleren uit de verpakking gehaald worden om het naast uw huisdier te houden om zo de maat te controleren. Vanwege de hygiëne kunnen wij geen kledingstukken retour nemen die gedragen zijn. Indien wij merken dat een retour toch gedragen is en bijvoorbeeld vol haren zit of bevuild, bevlekt of gewassen is kunnen we de retour niet accepteren en zullen we kosten voor de waardevermindering in rekening brengen. Indien het product onverkoopbaar geworden is dan kunt u ervoor kiezen om het product weer terug te laten sturen. De kosten hiervan zijn dan voor uw eigen rekening.
Let op de volgende richtlijnen:
De Sanimed dieetvoeding mag enkel worden gevoerd na een diagnose en overleg met de dierenarts van uw huisdier.
In de periode dat u uw huisdier een Sanimed dieetvoeding geeft, is het gewenst om regelmatig (elke 6 maanden) uw dierenarts te raadplegen over het gebruik van deze dieetvoeding.
Wanneer de gezondheid van uw huisdier achteruitgaat, moet u onmiddellijk contact opnemen met een dierenarts.
Door deze dieetvoeding toe te voegen aan uw winkelmandje, bevestigt u dat:
Uw huisdier onderzocht is door een dierenarts en dat de dierenarts op basis van de diagnose u deze specifieke dieetvoeding heeft voorgeschreven.
Dat u bovenstaande richtlijnen heeft gelezen en deze begrijpt.
Wanneer u een vraag heeft over dit product kun u mailen naar: dierenarts@petpol.nl
laat een reactie achter